Geschiedenis Heesbeen

Cisterciënzers in Heusden

Mechtilde van Oudheusden

Vrouwe Mechtilde is in 1354 kinderloos weduwe geworden, ze woont in een kasteeltje in Heesbeen aan het Oude Maasje en denkt na over een religieuze bestemming van haar kapitaal.

Omdat ze al drie nichten heeft die Cisterciënzer non zijn geworden komt ze uit bij het stichten van een klooster.
Zij schenkt geld voor een klooster en 110 hectare grond, het Cisterciënzer klooster Mariëndaal in Utrecht levert de nonnen.

Als Mechtilde in 1362 overlijd en haar familie de schenking aanvecht, mislukt de ontwikkeling tot een leefbaar klooster.

Naar Heusden

Vrouwe Mechtilde had ook nog een groot huis in Heusden op de hoek van de Demer en de Lombardstraat en er ontstaan initiatieven om daar een cisterciënzer klooster te realiseren. Willem van Kronenburg, slotvoogd in Heusden ondersteunt dat en in 1384 is het klooster een feit. Duitse cisterciënzers worden de bewoners.
Cisterciënzers leven en wonen meestal in afzondering. In Heusden worden ze bij de zielzorg betrokken omdat ze ook in de stad wonen.
Het woonhuis dat Mechtilde schonk werd uitgebreid met een kloosterkerkje, een slaapzaal en een toren.
In 1390 krijgt de vestiging de naam Mariënkroon.

Ook naar Elshout

De monniken in Heusden raken verdeeld. Een deel vaart wel bij leven in de stad en leven van zielszorg. Een ander deel verlangt naar een leven in stilte, gebed, devotie en eenvoud. Dat laatste is niet te combineren met de drukke pastorale zorg.
Door schenking verkrijgt het klooster een stuk grond in Elshout, daar wordt een kapel, een huis en een schuur gebouwd. Er komt zelfs een gracht rondom. In 1443 wordt besloten dat de priorij Mariëndonk zelfstandig wordt.
een aantal monniken blijft en Heusden, een aantal gaat naar Elshout.
Momenteel herinnert de Mariëndonkstraat aan de vestiging van het klooster daar in vroeger tijden.

Moeilijke tijden

De hervormingen als door Luther en Calvijn voorgesteld, de Tachtigjarige Oorlog, de Watergeuzen eisen hun tol. In 1577 sluit Heusden zich aan bij Holland en vertrekken de monniken naar Den Bosch. Na de verovering van Den Bosch, in 1629, door Frederik Hendrik vluchten de monniken naar Gent.

Vanwege de geschiedenis van de cisterciënzers in onze gemeente is het begrijpelijk dat in 1936 het klooster te Nieuwkuijk de naam “Mariënkroon” kreeg.

Bron

Bovenstaande informatie kreeg ik door het lezen van “Thuis in de Abdij” van Hans van Eeden.

In dit boek, met de ondertitel “Vluchtelingen in Mariënkroon van 1904 – 2018, beschrijft van Eeden de geschiedenis van Abdij Marënkroon te Onsenoort, Nieuwkuijk.
Nu heet het klooster Abdijhof Mariënkroon, het is een levendige culturele en maatschappelijk centrum in de Gemeente Heusden.

Ik heb het boek geleend bij de Bibliotheek Drunen.

Meer informatie over Cisterciënzers.